1. Laad je drone goed op!
Vlieg altijd met een volledig opgeladen drone. Als je je drones voor het vliegen niet helemaal hebt opgeladen hebben zij geen goede nulmeting. Dit kan ervoor zorgen dat de accuwaarde van de drone verkeerd wordt geregistreerd. Het gevolg is dat er tijdens het vliegen een plotselinge daling in het batterijpercentage kan plaatsvinden. Laad het laatste stukje van de batterij wel op net voordat je gaat vliegen. Als je de accu in de stekker laat zitten is dit namelijk ook weer slecht voor de batterij. Daarnaast is het ook nog eens heel gevaarlijk, laad dus NOOIT je accu op als je niet in de buurt bent!
2. Kalibreren kun je leren
Kalibreer je batterij eens in de zoveel tijd. Dit betekent dat je je batterij helemaal leeg moet laten lopen en daarna weer helemaal moet opladen. Op deze manier wordt de hele batterij aangesproken. Dit houdt in dat er geen cellen verloren gaan. Je zult merken dat als je dit regelmatig doet je batterijduur langer optimaal blijft.
3. Harder is niet altijd beter
Doe de eerste vluchten wat rustiger aan. Het is slecht voor je batterij om deze tijdens de eerste vluchten helemaal op te vliegen. Doe dit dus de eerste paar keren ook niet! Op deze manier zal de batterij een stuk langer mee gaan in de toekomst. Eigenlijk gaat dit altijd op: vlieg rustiger en je batterij gaat langer mee. Dit betekent: niet constant kleine stukjes vol gas vliegen, maar rustig opstijgen en landen. Als je drone eenmaal op bedrijfstemperatuur is mag je natuurlijk wel iets harder vliegen, maar overdrijf het niet!
Drones en met name de batterijen zijn dus erg gevoelig. Dit betekent over het algemeen dat je er met zorg mee om moet gaan. De makkelijkste manier om zo lang mogelijk uit de kosten te blijven is dus door met beleid om te gaan met je batterijen. Volg deze tips en je zal het verschil snel merken!